Boorplatform (1)

#DataDinsdag: Energietransitie

Data als hulpmiddel voor hergebruik infrastructuur energietransitie
Het praktijkvoorbeeld “Energietransitie: Kansen in de ondergrond” is genomineerd voor de Computable Awards 2021. De jury stelt dat dit praktijkvoorbeeld een complex onderwerp helder belicht. De toegevoegde waarde is volgens de jury zeer onderscheidend.

 

De transitie naar een duurzame energievoorziening kent vele aspecten. De winning en het gebruik van olie en gas worden gaandeweg minder. Op termijn reduceert dit zelfs helemaal tot nul. Daarmee vervalt de huidige functie van de omvangrijke infrastructuur van boorleidingen, putten en productieplatforms. Dat werpt vooral op zee de vraag op of en hoe deze waardevolle infrastructuur zich leent voor hergebruik. Om dat in te kunnen schatten is een goed inzicht in de ligging en de eigenschappen nodig. De data hiervoor bevindt zich bij meerdere partijen.

In dit project is voor het eerst data van een groot aantal stakeholders bijeen gebracht en ontsloten. Het BRO-programma van het ministerie van Binnenlandse Zaken heeft hierin de lead gehad en de volgende partijen bij elkaar gebracht: Het Staatstoezicht op de Mijnen, EBN, Nextstep, NOGEPA, Neptune Energy, TNO, Geodan en Arcadis. Het samenstellen van dit consortium en het welwillend ter beschikking stellen van data heeft geleid tot een praktijkvoorbeeld dat in de woorden van de jury de thematiek duidelijk presenteert.

Bekijk hier het praktijkvoorbeeld

Het praktijkvoorbeeld ontsluit in een visueel aantrekkelijke omgeving data uit verschillende bronnen. Zonder dat de gebruiker doorheeft dat hij naar data uit verschillende databases en van verschillende bronhouders kijkt, leidt storytelling hem door de thematiek van het hergebruik. De achterkant van dit product bestaat uit harde ICT in de vorm van databases en services maar de gebruiker ervaart een voorlichtende reis door een vraagstuk. Het is ICT zonder dat het opvalt of afleidt. De data toont zich in animaties en kaarten die onderdeel zijn van het verhaal.

 

Zo “vliegt” de gebruiker in een data-animatie vanuit Den Haag naar het platform Q13a een stuk uit de kust in de Noordzee. Langs de boorleidingen van dit platform dalen we kilometers diep af naar de reservoirs van dit gasveld in een 3D-lagen model. Via de seismische data “reist” de gebruiker een stukje naar het zuiden om daar rond te kijken in het P18 gasveld. Hij verkrijgt zo een goede indruk van de opbouw van de ondergrond en de ligging van de infrastructuur.

De kennis en inzichten die dit oplevert kunnen gebruikt worden om hergebruik van infrastructuur te stimuleren. Als dit lukt geeft dit de energietransitie een enorme boost. Zo laat een een zogeheten “lichten-uit” kaart zien in welk jaar bepaalde infrastructuur uit productie gaat en hergebruik aan de orde komt. Hierbij worden vier kansrijke vormen van hergebruik onderscheiden:

 

  • Het in gebruik nemen van voormalige productielocaties van olie en gas voor geothermie

  • Het produceren van groene Waterstof met behulp van windturbines waarbij het voormalig platform als hub fungeert

  • Het opwekken van elektriciteit met behulp van windturbines waarbij het voormalig platform als hub fungeert

  • Het via de infrastructuur van het platform opslaan van CO2 in de ondergrond.

 

Al met al krijgt de gebruiker een berg nuttige en overzichtelijke informatie instap klaar aangereikt. Dit is interessant voor iedereen die zich wil verdiepen in de kansen voor de energietransitie. Ook beleidsmakers zullen deze informatie graag tot zich nemen om betere keuzes te kunnen maken.

Heb jij al gestemd? Je kan hier je stem uitbrengen.

Feitjes

  • Nederland kent circa 500 productielocaties, meer dan 1.800 putten en ongeveer 5.500 kilometer pijpleiding aanwezig.
  • Van de 500 olie- en gaslocaties op land zouden 120 locaties in aanmerking kunnen komen voor gebruik van geothermie
  • Het opwekken van elektriciteit op de tien grootste platforms leidt tot een onmiddellijke reductie van 0,5 tot 1 miljoen ton CO2 per jaar.
  • De “lege” gasvelden waarin CO2 kan worden opgeslagen bevinden zich ruim 3 kilometer onder de bodem van Noordzee